BOEY ROLAND
Boey Roland Désiré (foto,eigen archief)
Geboorteplaats ; Bredene
Geboortedatum ; 27 januari 1947
Veldpositie ; middenveld
Teamloopbaan ; 1957-1962 Sportvereeniging Breedene
1962-1971 Atletische Sportvereniging Oostende KM (ASO)
1971-1976 Cercle
1976-1980 AS Oostende
1980-1981 Koninklijke Voetbalklub Torhout
1981-1982 speler-trainer Voetbalvereniging Eendracht Aalter
Trainersloopbaan ; 1982-1984 Voetbalvereniging Eendracht Aalter
1984-1987 Koninklijke Football Club Eekloo
1987-okt 1993 Eendracht Wervik (90/91 en 91/92, half seizoen)
okt.1993-1994 Torhout
Interlands ; nationale selecties uefa-juniores
Cercle-cijfers ;
|
COMP.MATCH |
COMP.GOALS |
BEKER.MATCH |
BEKER.GOALS |
1971/72 |
30 |
1 |
2 |
|
1972/73 |
19 |
|
4 |
1 |
1973/74 |
28 |
4 |
2 |
|
1974/75 |
34 |
1 |
3 |
1 |
1975/76 |
31 |
1 |
2 |
|
TOTAAL |
142 |
7 |
13 |
2 |
Debuut ; 29/08/1971,bekermatch,v.Gullegem,home,5-0
Laatste match ; 16/05/1976,v.ASO,away,2-0
Fysiek sterke middenvelder die het
harde werk niet schuwde.
Als kustbelofte debuteerde de 17-jarige Bredenaar
in het eerste elftal van AS Oostende.
Zijn actieradius op het middenveld en zijn typische inzet
vormden het kenmerkende spel van Boey
en zonder problemen werd hij een
echte steunpilaar van roodgroen.
Onder trainer Lucien Masyn beukte de Oostende collegeploeg voor het eerst in
haar bestaan
de poort naar eerste klasse open
(seizoen 1968/69).
Boey was een onmisbare pion in het
geheel want toen Roland het jaar daarop gekwetst uitviel
zakten de Oostendenaars
prompt terug naar de 2e afdeling.
Boey herhaalde het
promotie/degradatie avontuur nog een keer, dit keer onder de leiding
van trainer Norberto
Höffling.
In 1971 en na de affaire Lantsoght,
maakte Cercle terug zijn opwachting in de hoogste
nationale
afdeling. Versterking was gewenst en een
rijtje indrukwekkende transfers was daar het gevolg
van. Nielsen,
Bettens, Goyvaerts en Boey werden de nieuwe rekruten van groenzwart.
Zonder noemenswaardige aanpassingsproblemen werd Roland één
van de sterkhouders en
favoriet van het Brugse Cerclepubliek.
Zijn tomeloze inzet, maar ook zijn legendarische
twisten met de scheidsrechter, typeerden
de gedrevenheid van de Bredenaar.
De resp.trainers Braems en Grijzenhout vonden in
hem een uitstekend verlengstuk op het veld.
Boey speelde werkelijk alles en
alleen schorsingen of kwetsuren deden hem af en toe een
wedstrijd missen.
Het was dan ook eerder verrassend dat in de zomer van 1976
hij terug naar Oostende verkaste.
Het professionele trainingsregime van Han Grijzenhout vergde te veel van de niet-prof Boey.
Zijn terugkeer bij ASO werd geen succes. De ploeg
presteerde matig en ook Roland zelf
verzoop mee in de middelmatigheid.
Opeenvolgende degradaties naar tweede en zelfs derde waren
een logisch gevolg.
Boey zat ondertussen niet stil en via
de Heizel-school begon hij aan een succesrijke tweede
loopbaan naast het veld.